Bepakking

Bij een TREC wedstrijd moet je tijdens de POR een verplichte bepakking mee nemen.
Deze bepakking is gebaseerd op een aantal materialen die je bij elke buitenrit of dagtocht bij je zou moeten hebben.

Deze bepakking word voor de startende ruiters veelal nog erg basis gehouden.
Maar bij de klasse FITE gerelateerde nivo’s is dat best uitgebreid en geschikt voor als je lange tochten gaat maken en echt zelfredzaam moet zijn.
Daarnaast kan elk land afzonderlijk nog extra dingen toevoegen die moeten worden meegenomen.

Laat ik beginnen met de regels van de FITE.
Alle landen volgen deze reglementen en zullen daar nog dingen aan toevoegen.
Veel landen hebben voor de lagere nationale klasse een eenvoudigere paklijst. Lees daarom altijd goed de nationale reglementen door als je in een (ander) land gaat rijden

Uit het FITE Rulebook (tot 2021, huidige aanpassing volgt later):
For the POR phase, competitors must have all the necessary equipment for a whole day’s ride, part of
which takes place at night:
♦ head collar, lead rope,
♦ electric lamp and reflective device to be visible to the rear or a light with a white light in front and a
red light at the back, or as appropriate any other compulsory device in the organising nation,
♦ for shod horses, a hoof boot or an emergency farriery kit
♦ identification for the rider and horse (photocopies as appropriate in countries where this is allowed)
♦ minimum first aid kit, injectable products prohibited. It must include, at least, the following elements:
♦ Some sterile swabs,
♦ 1 pair of round-ended scissors,
♦ 1 elasticated bandage, around 10cm wide,
♦ 1 disinfectant or antiseptic solution

Dit houdt in dat we tijdens een wedstrijd altijd een halster en extra touw mee nemen.
Dat halster kan ook een halster-hoofdstel zijn.
Ook zorg je dat je altijd jouw eigen ID papieren bij je hebt en een kopie van die van je paard.
Als je een kopie maakt van het paspoort, kopieer dan alle pagina’s waar iets op aangegeven staat over je paard.
En vergeet niet elke keer na het enten een nieuwe kopie van die pagina te maken.
Veel landen hebben in de basislijst ook een zakmes en een hoevenkrabber staan. Dat is vroeger door de FITE ook benoemd in de lijst maar nu zit dat verwerkt in de overige materialen en daardoor niet meer apart vermeld.

Als je in een FITE klasse gaat starten (Junioren, Young Riders, Senioren) of in een landelijke wedstrijd waar de reglementen aan de FITE gelijk gesteld zijn komen er diverse extra dingen bij.
– Verlichting en reflectie materiaal.
– EHBO set voor ruiter en paard
– Hoef gereedschap en reserve ijzers en/of hoefschoenen.

Overige materialen die erg handig zijn

Naast de verplichte bepakking zijn er diverse dingen die erg handig zijn om mee te nemen maar niet vermeld worden.
Dit zijn dingen die je vaak wel nodig hebt maar daarin ben je vrij om te kijken wat voor jou handig is.

Om de kaart te kunnen intekenen heb je pennen nodig.
Kies daarvoor pennen in verschillende kleuren die je goed kunt zien op een kaart.
Ook is een liniaaltje fijn bij het intekenen om even na te kijken hoe lang een stukje route is op de moeder kaart.
Voor sommige mensen onder ons zal een loep of leesbril ook erg prettig zijn in de maproom.

Om je kaart mee te nemen is een opbergmap, bij voorkeur waterdicht, zeer aan te raden.
Neem ook een extra zakje mee om je ruiterkaart in te bewaren.
Je zal niet de eerste zijn waar de kaarten te nat zijn geworden om nog te kunnen gebruiken.

Ook is een horloge met stopwatch erg handig. Let daarbij goed op dat deze GEEN GPS heeft.
In de landen met meer hoogte verschil kan een hoogte meter ook van pas komen.

Natuurlijk hoort een kompas ook in dit rijtje thuis.
Daar zijn verschillende modellen van, ik heb 2 favorieten maar daarnaast ook altijd nog een reserve bij me.
De meest gebruikte is een plaatkompas, aangevuld met een eenvoudig pols kompasje voor de basis.

Verder is het verstandig altijd eten en drinken mee te nemen.
Tijdens kaartlezen verbruik je best veel energie die je kunt aanvullen door bijvoorbeeld sportrepen bij je te hebben.
En drink onderweg echt voldoende!
Zodra je te weinig drinkt zal je sneller fouten gaan maken en kortaf worden. De persoon of het dier het dichtst bij jou zal als eerste de klappen opvangen. En laat dat nu net jouw metgezel, lees: je paard, zijn. Dat wil je hem niet aan doen.
Ik adviseer daarom altijd bij elke controle post even iets te drinken om dat te voorkomen.
Vaak kun je nieuw water krijgen op een lunchpauze om je voorraad weer aan te vullen.

Zadeltassen

Om alles mee te nemen zijn er verschillende mogelijkheden.
Ikzelf gebruik een combinatie van zadeltassen en een vestje met heel veel zakken.

In dat vestje stop ik de dingen die ik snel zou willen kunnen pakken zoals mijn plaatkompas, de ruiterkaart, sportrepen en een stukje wc papier (voor een snotneus of extreem hoge nood)

Mijn telefoon zit altijd in een tasje aan mijn riem.
Berg die niet op in een zadeltas tenzij je je paard getraind hebt om 112 te bellen en uit te leggen waar jij ligt als je gevallen bent.